dinsdag, december 26, 2006

Kerstmis in Las Camelias




Met vader Moeraert hier.
Jan en Eva maken radio, katrien is een waske aan het doen: mijn 100 bezwete onderlijvekes wassen, want de hitte is enorm, en leeg zweet is rap gereed.
Kerstmis dus. De ochtend van de 24ste werd ik vroeg wakker.
De zon komt hier zo tegen zessen al op, en dan ga ik op de stoep de ochtend begroeten. Iedereen zit altijd op de stoep, hier in de wijk Las Camelias waar Jan en Eva wonen. Met een werkloosheidsgraad van 70 procent is dat maar normaal hee...
De buren kennen mij al. Ze noemen mij El padre de Eva. Van 's ochterds lopen de mensen al op hun paasbest, want ook vandaag vieren ze feest.
Het kleine buurtwinkeltje heeft goed te doen, iedereen koopt de laatste ingrediƫnten voor het feestmaal dat bij de meesten hier uit kip en rijst zal bestaan. In deze wijk is niemand rijk. Niemand heeft een auto, een bromfiets is al een behoorlijk statussymbool.
In de winkel wordt alles verkocht in kleine proporties. Dat is goedkoper, en het bederft niet zo gauw in de hitte. En in diverse huisjes wordt vanalles verkocht. Bij de buren kopen we een zakje ijs voor de mojito, en dat kost twee belgische franken.
Een ander verkoopt broodjes, een ander kauwgom,... iedereen probeert aan een klein beetje geld te geraken.
De huizen zijn versierd met kitscherige lichtjes, en uit 1 huis op de drie klinkt loeiendharde salsa-achtige muziek. De hele straat lijkt wel een juke-box. De kinderen voetballen op straat, er rijden toch nauwelijks auto s, sommigen lopen ons huis binnen in de hoop een snoepje of wat water te krijgen van die rare Belgen.
Eva en Jan zijn hier populair, maar toch een beetje raar. Eva veegt nauwelijks haar stoep schoon, terwijl iedereen dat hier de hele dag door doet. Jan en Eva hebben geen televisie, terwijl zelfs de armsten een groot scherm in hun kleine huisje hebben staan. En nu zit er nog een bleke grijze oude man sigaretjes te roken op de stoep,... dat zorgt weer voor nieuws in de straat, want waarover praat een mens zo hele dagen.
Tegen de avond stijgt de spanning. Illegale vuurwerkverkopers doen gouden zaken en op de markt vliegen de kippen de deur uit. De jongelui maken zich mooi, om half zes is het stikdonker, maar de flikkerende kerstlichtjes maken de wijk mooi en uniek.
Wij gaan met ons vieren dineren in de stad, op het mooiste balkon aan de Parque Centrall. Cava, Italiaanse wijnen, pasta, vissoepjes, lekker vlees en lekkere vis,... een heerlijk diner dat de modaleNicaraguaan nooit kan betalen. Maar hier in het centrum van Granada lopen in deze periode behoorlijk wat toeristen rond. Vooral de luidruchtige Amerikanen werken op onze zenuwen.
Tegen elf uur nemen we de taxi naar huis. In een taxi betaal je per aantal passagiers. 1 passagier kost 16 belgische franken voor een rit van ongeveer anderhalve kilometer. We zetten ons met de mojito die katrien maakte op de stoep, en kijken en luisteren naar de complete chaos die tegen middernacht losbarst. Duizend bommen en granaten, loeiharde muziek, joelende kinderen en de buurvrouw die me Feliz Navidad komt toewensen.
Onvoorstelbaar mooi en ontroerend. Dit zijn arme maar warme mensen.
Het is leuk dat Jan enEva hier middenin wonen, en dat ze zich niet als rijke westerlingen gedragen.
Onder het muskietennet, en met de ventilator op 20 centimeter van mijn hoofdkussen, proberen we te slapen. Ik ben een woelwater en hou katrien wakker. Tegen de ochtend aan verhuis ik naar de living om in de hangmat verder te soezen en mijn dame enige late nachtrust te gunnen.
Ik ben na amper twee dagen diep onder de indruk van Granada en van de mensen hier. En het levensritme wordt door de hitte noodgedwongen op een laag pitje gezet. Na 48 uur ben ik al mijn kwaaltjes kwijt. Geen gehoest meer, geen hogebloeddruk, geen hoge hartslag,... we blijven hier nog wel eventjes.